Toen een deel van de musici van het Queen’s Hall Orchestra in 1904 een meningsverschil kreeg met hun dirigent Sir Henry Wood, stapte een deel van het orkest op en begon het Londen Symfonieorkest. Het orkest was vanaf het begin direct een onafhankelijk orkest, een unicum in haar tijd. Onder leiding van Hans Richter bracht het orkest op 9 juni 1904 haar eerste uitvoering ten gehore.
Parijs in 1906 was de eerste stad welke het optreden te zien kreeg van het Londen Symfonieorkest, welke daarmee het eerste Britse orkest was welke op het vaste land van Europa speelde. Om een uitvoering te geven in New York in april 1912, was het orkest bijna meegevaren op de Titanic. De boeking van het concert verplaatste zich, wat het orkest gered heeft van een onfortuinlijk einde. Later in 1912 speelde het orkest als eerste Britse orkest alsnog in de Verenigde Staten.
Het orkest staat bekend om haar eigenzinnigheid en onafhankelijkheid. Zo lieten ze tot voor kort net als het Weens Philharmonisch geen vrouwen toe, aangezien die de orkestklank “negatief” zouden beïnvloeden. Na een periode van financiële en fiscale problemen heeft de voormalige cellist Clive Gillinson als manager het orkest weer op de rails gekregen.